Voormalig CRAFT-voorzitter Michel Ordeman ziet volop uitdagingen
Michel Ordeman, de grondlegger van Jopen Brouwerij, is vier jaar lang het gezicht geweest van CRAFT, de craftbierorganisatie van Nederland. Door omstandigheden is dat bijna een jaar langer dan de maximale termijn. Daarvoor was hij ook nog twee jaar algemeen bestuurslid. Zodoende heeft de Haarlemmer craft brouwend Nederland van dichtbij zien ontwikkelen. “Ik zou het mooi vinden als we de saamhorigheid kunnen versterken.”
CRAFT heeft in Bart van Kleef, marketingman bij brouwerij Uiltje, een nieuwe frontman gevonden. Bestuurslid Bernd Beersma, van Brouwerij de Kleine Beer, fungeerde enkele maanden als tussenpaus. Holland Craft Beer is benieuwd naar een blik op de toekomst van deze drie CRAFT-mannen. Wat staat er te gebeuren in Nederland bierland? Nieuwbakken voorzitter Van Kleef trapte het drieluik af, gevolgd door Beersma, waarna Ordeman bij deze de reeks afsluit.
Ordeman zegt zich geen stereotype bestuurder te voelen, hoewel hij zijn eerste bestuurlijke ervaring al jong opdeed bij de Haarlemse studentenvereniging Small Business. Daarna was hij ook mede-oprichter en bestuurslid van de Haarlemse studentenroeivereniging Amphitrite. “Ik vind het gewoon leuk om samen met anderen het initiatief te nemen, dingen op te pakken en zodanig aan te jagen dat anderen ook enthousiast worden.”
Later maakte Ordeman iets vergelijkbaars mee met de start van de Jopenkerk. “Samen bouwen aan iets moois, daar maak ik me graag hard voor. Aan de andere kant ben ik minder een persoon die er als een manager scherp op blijft letten dat het elke dag allemaal goed blijft lopen. Daarvoor ben ik te weinig een vergadertijger, maar veel meer iemand die conceptmatig denkt.”
‘We waren in het begin als brouwers meer op elkaar aangewezen’
In zijn bestuursperiode zag Ordeman brouwerijen afvallen, maar er nog veel meer nieuwe bij komen. Daarbij bemerkte hij ook een verandering in de onderlinge opstelling richting collega’s. “Ik wil natuurlijk niet generaliseren, maar bij de groep brouwers die tien jaar of eerder geleden zijn gestart, heerst meer de drang om samen op te trekken. Da’s op zich ook logisch, want we waren in het begin ook meer op elkaar aangewezen. Er was gewoon weinig georganiseerd voor craftbrouwers. De focus lag op de grote pilsbrouwerijen. Dat gold voor de regelgeving, maar dus ook voor de toeleveranciers. Die werkten echt nog vanuit de grotere schaalgrootte.”
Zelf moest Ordeman ook geregeld uitleggen geen hobbyist te zijn, als hij ingrediënten wilde om enkele duizenden liters te brouwen. “We waren met een groep brouwers wel degelijk professioneel, alleen met veel kleinere volumes dan in die tijd gebruikelijk was. Daarom zochten we elkaar meer op, om samen vraagstukken op te lossen, of te informeren waar specifieke expertise te halen was. Dat is wel veranderd in de laatste jaren. Het gevoel om deel uit te maken van een bepaalde community van craftbrouwers leeft nu minder. Zeker bij diegenen die de laatste vijf jaar zijn gestart.”
‘Leveranciers van brouwerijen zijn ook wakker geworden’
Dat laatste komt ook doordat het pad inmiddels meer geplaveid is, constateert Ordeman. “Er is nu echt een markt. Leveranciers zijn ook wakker geworden. De volumes per brouwerij zijn wel kleiner, maar alles bij elkaar opgeteld is het toch een serieuze markt. Zodoende wordt er inmiddels veel meer maatwerk geleverd en bieden leveranciers extra service, in de kennisoverdracht en bij het oplossen van problemen. Dat maakt dat brouwers bij hun strategie minder product-georiënteerd zijn en veel meer op de marketing zitten. In de beginjaren was er nog weinig en konden brouwerijen met een ander product zich gemakkelijk onderscheiden. Nu wordt marketing steeds belangrijker om het onderscheid te maken. Daardoor zijn de brouwerijen veel individualistischer in de keuzes die ze maken en met wie ze willen samenwerken. Het nut van een community is voor sommigen minder voelbaar.”
Zelf heeft Ordeman dat gemeenschapsgevoel nog steeds heel sterk. “Ik kijk vaak nog met een schuin oog naar onze ‘grote broer’ in de Verenigde Staten. De American Brewers Association is echt een voorbeeld. Hun lidmaatschapsgraad onder de brouwerijen ligt hoger dan 90 procent. Sterker nog, we zijn zelf als Jopen ook als geassocieerd lid aangesloten bij die organisatie. Niet zozeer direct vanuit een geldelijk gewin, dat we er beter van willen worden, maar om erbij te horen en ervan te willen leren. Ook vanuit een soort gemeenschapsgevoel. Onze CRAFT-conferentie is ook op geïnspireerd op de Craft Brewers Conference in Amerika. We hebben daar meegemaakt hoe inspirerend zo’n bijeenkomst is.”
‘De charme van ons vak zit ‘m vooral in dat we samen dingen doen’
Ordeman hoopt dat het saamhorigheidsgevoel ook in Nederland verder wordt versterkt. “Het is tegenwoordig prima mogelijk om als brouwerij solistisch te opereren, met een eigen productie en een eigen klantenkring. Maar de charme van ons vak zit ‘m er voor mij toch vooral in dat we samen dingen doen. Onderling zijn craftbrouwers internationaal heel open naar elkaar. Daaruit kunnen mooie dingen groeien. Ik denk dat we daar met Jopen ook een goed voorbeeld van zijn. Uiltje is opgericht door Robbert Uyleman, die bij ons begon als glazenspoeler, uiteindelijk in de brouwerij aan de slag ging en vervolgens ook zijn eigen bier in onze ketels mocht brouwen. Die kans hebben we hem geboden. Sommigen zullen dat misschien zien als extra concurrentie, maar het maakt het landschap juist gevarieerder, waarmee het lukt om een nog breder publiek te bereiken. Dus niet in eerste instantie om meer liters verkopen, maar om het enthousiasme voor craftbier te vergroten. En daar hebben we dus indirect allemaal profijt van.”
Brouwers hebben dat zeker in 2020 gemerkt. Volgens Ordeman laat het zien dat er dingen kunnen gebeuren die niet te voorzien waren. “Het zorgt ervoor dat wij, maar ook collega’s, soms hulp nodig hebben. En dan doel ik weer niet alleen op geld, maar bijvoorbeeld op het delen van informatie of samen optrekken met activiteiten. Hopelijk is het bewustzijn gegroeid, waarbij we niet alles als vanzelfsprekend beschouwen. Het voordeel deel uit te maken van een groter geheel, is inmiddels wel bewezen.”
‘Haarlem blijft zo het epicentrum van craft in Nederland’
Uiltje is nog een relatief jong lid van CRAFT. Toen Bart van Kleef serieus als kandidaat werd aangemerkt voor het voorzitterschap, nam hij gelijk contact op met Ordeman, die twee straten verderop kantoor houdt. Die is enthousiast over zijn opvolger. “Het is sowieso leuk dat het voorzitterschap in Haarlemse handen blijft. Zo blijft Haarlem het epicentrum van craft in Nederland, zoals het in het verleden ook al de brouwstad van de Hollanden was,” grapt Ordeman. “Maar serieus: Bart is een ander persoon dan ik ben. Hij heeft een andere achtergrond. Sowieso brengt vers bloed in een bestuur ook weer nieuw elan, verse energie en ideeën.”
Ook de ‘eigen’ brouwerij speelt daarbij een rol, stelt Ordeman. “Wij waren als Jopen een van de grotere leden van Craft. Uiltje hoort zeker ook bij de grotere, maar zit toch dichterbij een groot deel van veel andere brouwerijen. Die voelen toch misschien iets meer aansluiting bij een voorman uit die hoek.”
‘CRAFT moet zich wel blijven onderscheiden’
Over de uitdagingen die er de komende jaren voor CRAFT liggen zegt Ordeman: “Ik wil natuurlijk niet op de stoel van mijn opvolger gaan zitten, maar waar er voorheen een sterk tweedeling was tussen pilsbrouwers en speciaalbierbrouwers, groeien die toch meer naar elkaar toe. De vereniging moet zich wel blijven onderscheiden, want ook de Nederlandse Brouwers (vanouds de vereniging van de pilsbrouwers) vissen in de craft-vijver. Daar zit meer geld en de lobby richting de overheid, dus dat kan aantrekkelijke zijn voor grotere craftbrouwers om alleen daar aan te haken.”
Toch ziet Ordeman nog voldoende onderwerpen om het onderscheid te maken. “Neem de discussie over alcoholvrij en -arm. In heel Europa wordt 0,5 procent gehanteerd voor alcoholvrij, terwijl het in Nederland daarvoor 0,0 procent moet zijn. Dat is geen issue dat de grotere brouwers snel zullen najagen, omdat zij wel over de dure technische apparatuur beschikken om die laatste restjes alcohol er nog uit te halen. CRAFT kan daar wel punten scoren. Daarnaast liggen er nog volop kansen in de richting van het inkopen van grondstoffen, de contacten met leveranciers en internationale samenwerking met andere craftbrouwers. Daarom ligt er nog steeds een speciale rol voor de craft-community. Ook om de consument bij de hand te nemen, om zich er verder in te interesseren. En een stukje opvoeding te geven, bijvoorbeeld over waarom craftbier duurder is.”
‘Transparantie is cruciaal om de totale kwaliteit van craftbier omhoog te brengen’
Transparantie is daarbij een sleutelwoord, vindt Ordeman. “Het samen dingen uitzoeken is waardevol. Als ik een probleem heb bel ik een collega, hoe hij of zij dat heeft opgelost. Diegenen die langer in het vak zitten, delen dat eenvoudiger. Zoals gezegd zijn sommige nieuwelingen soms wat terughoudender: moet ik dat zomaar prijsgeven? Toch is het cruciaal om de totale kwaliteit van craftbier omhoog te brengen. En dus de uitstraling van de hele bedrijfstak verder te verbeteren.”
Als afsluiter vroegen we Ordeman of hij nog nieuwe bestuurlijke ambities heeft. Voorlopig staat hij even niet vooraan: "Ik wil niet de indruk wekken het pluche warm te willen houden. Voorlopig stort ik me eerst op Jopen. Ik zal de branchevereniging CRAFT beroepshalve natuurlijk volgen, maar wil het bestuur zeker niet voor de voeten lopen. Er dienen zich vast weer nieuwe uitdagingen aan. Dat kan bij Jopen zelf zijn, door uitbreidingen in horecalocaties of nieuwe uitbreidingen in de productie. Want nogmaals: dit werk is juist zo mooi, omdat we het samen doen. Of zoals Sam Calagione, de oprichter van Dogfish Head Brewery het zei: ‘Craft Beer Industry is 99% asshole free’.”
Fotografie: Jos van den Broek
Dit artikel is het derde en laatste deel van een drieluik. Het eerste deel, waarin we Bart van Kleef aan de tand voelden, is hier te vinden. Het tweede deel met Bernd Beersma vind je hier. Als eerste op de hoogte zijn van meer artikelen over craft beer? Volg ons dan op Facebook!